Zeilen naar de Isles of Scilly - Reisverslag uit Cherbourg-Octeville, Frankrijk van Nico Vries - WaarBenJij.nu Zeilen naar de Isles of Scilly - Reisverslag uit Cherbourg-Octeville, Frankrijk van Nico Vries - WaarBenJij.nu

Zeilen naar de Isles of Scilly

Door: Nico de Vries

Blijf op de hoogte en volg Nico

09 Oktober 2014 | Frankrijk, Cherbourg-Octeville

BLOG 9:
Dag 57: woensdag 8 augustus 2012; Alderney:
Verder gewerkt aan de bakboord dek- handgreep. Twee van de drie bouten krijg ik aangedraaid. Voor de derde moet ik eerst boren en M6 tappen. En deze tap heb ik niet aan boord. Toch kan ik zo veilig verder. Na deze werkzaamheden ga ik met de rubberboot naar het dichtstbijzijnde strandje.
Op Alderney stikt het van de fortificaties. Sommige zijn omgebouwd tot woonverblijf. De Duitsers hebben hier veel versterkingen gebouwd.
Mijn wandeling gaat over de heuvels, langs baaien, stranden, een camping en de vuurtoren. Het was vanmorgen koud, lange broeken weer. Voor deze wandeling had ik mijn korte broek moeten aantrekken want het is intussen erg warm geworden. Voor mijn linker knie is de wandeling eigenlijk te lang. Regelmatig stop ik, bankjes zijn er genoeg, om even te lezen.
Ik vervolg de weg langs het golfterrein naar de winkel en het havenkantoor voor het weerbericht. Dan weer terug naar de rubberboot die nu bij eb hoog op het strand ligt. Dat wordt zeulen over de stenen. Tegen zessen ben ik, hartstikke moe weer aan boord. In de kuip kan ik nog geruime tijd lezen. De wind draait naar het noordoosten. Bij de voorbereiding van de tocht voor morgen blijkt dat mijn route oostwaarts is. Er is weinig wind, het water is rustig en ik kan weer in het vooronder slapen. Ik ben het leven aan een mooring een beetje zat. De rubberboot wordt weer onderdeks gestouwd.

Dag 58: donderdag 9 augustus 2012; Alderney – Cherbourg.
Ik wilde om zeven uur opstaan maar ik was al eerder wakker. Aan boord gewassen, geschoren, ontbeten en de fiets onderdeks gestouwd. De Almare vaarklaar gemaakt en vertrokken. Iets voor negenen verlaat ik Braye haven en zie het mooie eiland achter me verdwijnen.
Deze tocht is niet zo lang, maar je moet wel op het juiste tijdstip vertrekken. Ter hoogte van Cap de la Hague blijkt dat ik bijna 4 mijl stroom mee heb. Ik vaar 4 knopen volgens het log door het water maar het water stroomt ook nog eens vier mijl mee. Het lijkt heel rustig te gaan, maar ondertussen vaar je met een snelheid van 8 knopen. Ook kan ik de gehele tocht scherp aan de wind mijn route bezeilen.
Tegen tweeën ben ik op de rede van Cherbourg en eventjes later in de jachthaven. Daar gaat alles met de Franse slag. Ik mag aan kade K vastmaken, maar er is daar totaal geen plaats.
Ik maak de Almare tijdelijk vast en beklaag me bij de receptie. Nu mag ik een plekje zoeken aan de N of P steiger. En op het plekje N48 vind ik alle voorzieningen. Ik heb weer elektriciteit. De accu’s kunnen worden geladen en de koelkast kan weer aan. Door het gezoek naar een goede ligplaats is het intussen na vieren geworden. Eerst ga ik douchen, hier kan het weer! Daarna vind ik een wasmachine en een droger. Tegen achten is de was ook weer opgeborgen.
De klok heb ik vanmorgen al een uur vooruit gezet. Het is warm, ik schat boven de 25 graden; eindelijk. De watertemperatuur is hier 18.9 graden. Volgens het log heb ik 16.1 mijl afgelegd. In werkelijkheid was het ongeveer 25. Hemelsbreed was de afstand iets meer dan 20 mijl. Volgens het log was de hoogste snelheid 6,1 knoop. Volgens de GPS was het op een bepaald moment meer dan 8 knopen.
Mijn dongle werkt niet meer in Frankrijk. Jammer, er is hier wel gratis wifi, maar het lukt me nog niet om het op te starten. Morgenvroeg probeer ik het nog een keer. Morgen blijf ik in Cherbourg, de stad verkennen, boodschappen doen en benzine kopen. Tegen twaalven kon ik wel het internet op.
Dag 59: Vrijdag 10 augustus 2012; Cherbourg:
Dochter Judith gebeld, ze is jarig. 40 jaar! Geluierd, boodschappen gedaan. Aan boord geluncht.
Op de fiets Cherbourg verkend. Is een mooie stad. Toch verveel ik me snel in zo’n stad. Na vijven ben ik weer aan boord en vul de watertank. Bovendien haal ik 4 jerrycans benzine. Het kopen van benzine gaat hier in deze haven ook met de Franse slag. Ik had wellicht beter een tankstation kunnen opzoeken. Voor morgen heb ik de keuze Barfleur of Saint Vaast la Hougue. Ik heb de tocht naar St. Vaast voorbereid en kan als het te lang duurt uitwijken naar Barfleur. Beide havens kun je slechts bij hoog water bereiken.
Dag 60: zaterdag 11 augustus 2012; Cherbourg – St. Vaast la Hougue:
Iets na tienen vertrek ik bij laag water. St. Vaast heeft een sluisdeur en is bij hoog water bereikbaar. Het eerste deel van de route naar de kaap is niet te bezeilen. Het duurt erg lang om de boei Pierre Noire te bereiken. Daarna ga ik binnendoor richting Barfleur. Ik had de tocht via meerdere boeien gepland, maar omdat het eerste deel zo lang duurde besluit ik binnendoor te gaan en dat lukt. Op één plekje had ik een diepte van 5,6 meter; meer dan genoeg. Na Barfleur gaat het met halve wind. Er was windkracht 3 – 4 opgegeven maar het was duidelijk meer, soms tegen 6 aan. Het log gaf een hoogste snelheid aan van 7,7 knopen. In werkelijkheid was het vaak meer, want ik had meer dan 2 mijlen stroom mee.
De laatste 10 mijlen word ik vergezeld door een aantal dolfijnen. Ze vinden het leuk om vlak naast de Almare aan de oppervlakte te komen. Deze dolfijnen zijn veel groter dan die ik in de Kleine Belt zag. Tot aan de baai tussen het eilandje Tatihou zwemmen ze met me mee.
Let op, St. Vaast heeft geen sluis maar slechts één sluisdeur om het water in de jachthaven op peil te houden. Bij mijn aankomst staat de deur wijd open.
Het lijkt of iedereen naar St. Vaast gaat. Er liggen al pakketjes van 4 schepen. Een Nederlandse mevrouw wijst me op een plekje waar net een klein schip is vertrokken en inderdaad ik pas er met mijn 2,5 meter breedte net tussen. De hele buurt helpt aanleggen: de Nederlandse mevrouw met haar man, de Engelse en een Franse buurman.
De watertemperatuur is hier veel hoger: 21,8 graden. Volgens het log was de afstand 21,8 mijl, maar in werkelijkheid is het 25 mijl! Door de felle tegenwind haal ik maar een gemiddelde snelheid van 3,7 mijl. Ik blijf hier een dag extra want het eilandje Tatihou is te bezoeken. Met een veerboot op wielen. Vandaag maar één foto gemaakt, die zet ik morgen in Picasa.
Dag 61: zondag 12 augustus 2012; Tatihou:
Ik ben niet zonder een reden naar St. Vaast gegaan. Er ligt een eilandje in de buurt: Tatihou. Hou betekent omringd door water en Tat is een Noorse naam. In de buurt van het eilandje is de Franse vloot in de pan gehakt omstreeks 1692 door een alliantie van Engelse en Nederlandse oorlogsschepen. 17 Franse schepen werden in brand gestoken. Het eiland is daarna versterkt met een fort. Er is een lazaret geweest om mensen met een vreselijke ziekte als de pest en cholera te verzorgen.
Lang is het eiland in onbruik geweest. Pas na 1992 werd er weer gebruik gemaakt van het eiland. Vooral voor toeristische doeleinden. Ook is er een jaarlijks muziekfestival.
Het vervoer erheen is apart; met een amfibisch vaartuig. Eigenlijk is het een schip met wielen. Het rijdt van de helling af en vaart daarna verder. Bij eb rijdt het voertuig tussen de oesterbedden naar zijn bestemming. De oesters hier zijn speciaal, ze hebben een hazelnootsmaak. ’s Morgens eerst rustig aan gedaan. Tegen elven vind ik een supermarktje en ga ik naar de billetterie van Tatihou.
Ik lees dat de komende afvaarten complet zijn, 14.30 uur is de volgende mogelijkheid. Maar omdat ik alleen ben word ik er tussen gepropt en kan ik direct mee. Binnen 12 minuten moet ik aan boord zijn. Ik kon nog net de boodschappen aan boord brengen. Binnen 5 minuutjes heeft het “schip” de afstand naar het eiland overbrugd. Ik kreeg zelfs een Nederlandse beschrijving mee.
Alle 22 aangegeven bezienswaardigheden kon ik bezoeken want de onderlinge afstanden zijn erg klein. Het begint met het huis van de douane. Daarna volgt een mooie maar onverzorgde tuin en kom ik door een mooie natuur bij het maritieme museum. Hoewel 99 % van de uitleg in het Frans is, is het een interessant museum. Had ik daar niet verwacht.
Verder bezoek ik een oude vesting, d.w.z. tot het hek, want daar achter mogen slechts ornithologen komen. Dan volgt nog een bezoek aan het kasteeltje. Tegen vieren heb ik alles wel gezien en vaar met het amfibisch vaartuig terug. Ik had de reis naar een volgende haven al voorbereid: Port en Bessin.
Later verander ik van plan en wordt de bestemming Courseulles sur Mer. De afstand is ongeveer 35 mijl. Minstens tien mijl verder ligt Quistreham met een haven die op alle momenten bereikbaar is.
Voorlopig houdt ik het op Courseulles sur Mer. 2 uur voor en 1 uur na hoog water kun je er naar binnen zegt de almanak. Ondertussen heb ik de ervaring dat je er met mijn scheepje aan beide zijden wel een uurtje kunt toevoegen.
Het is nu half tien en de kajuitingang is nog open hoewel het nu wel frisser wordt. Tussen ongeveer 5 en 10 uur gaat de sluis open en kan ik weer verder. Ik heb berekent dat HW in Courseulles om ongeveer 19 uur is. Te vroeg weg gaan heeft geen zin want dan heb ik vermoedelijk veel tegenstroom in het begin. Bij de Capitainerie staat aangegeven dat het morgen zuid of zuid zuid westen wind is windkracht 3. Kan ik de genua aan de voorstag laten. Als ik Courseulles haal is de afstand naar Le Havre ongeveer dezelfde afstand.
Dag 62: maandag 13 augustus 2012; St. Vaast – Quistreham
De sluisdeur is geopend. Om circa 9 uur ben ik vertrokken. Naar? Als eerste waypoint gebruik ik Rosebery. Daar kan ik kiezen voor Port en Bessin, Courseulles sur Mer. Voorlopig koos ik voor Courseulles maar ik kom er veel te vroeg aan. Ik was er tegen vijven en volgens mijn berekening is het daar om 21… hoog water en je kunt er twee uur voor door de sluis. Doorgaan en kijken of het ook eerder lukt? Nee, ik besluit door te varen naar Quistreham, dat is nu nog ongeveer 15 mijl. Vandaar is Le Havre maar een klein stukje.
Vandaag was de gehele route bezeild. Wel aan de wind maar niet krap. En de wind is constant tussen 3 en 4. Een Engelsman die op het zelfde moment uitvaart vaart bijna de gehele reis met me op. Ik zie hem weer in de sluis van Quistreham. Well done zei hij. Het lukte hem niet om mij met zijn grotere boot te passeren. Kortom, een goede zeildag, toch moest de motor onderweg eventjes aan en ook op het eind anders zou ik in het duister aankomen. Door een sluis kom je in de jachthaven van Quistreham. Er is een deel afgeschermd voor visiteurs. Daar liggen ze in pakketjes. Ik ga aan een vingerpier liggen aan steiger B. Er zijn meer buitenlanders aan deze steiger. De havenmeester is er niet meer, hij kan me dus ook niet wegsturen.
Het wordt slechts een probleem als de eigenaar van de ligplaats zich meldt. Maar dat lossen we dan wel op. Het was een ongebruikelijke lange tocht vandaag van 45 mijl die ik toch redelijk snel heb afgelegd. Morgen naar Le Havre. Als de wind uit dezelfde hoek komt als vandaag is het prima, dan heb ik ruime wind.
Een bijzonderheid vandaag: Ik passeerde twee eilandjes t.w. de Isles Saint Marcouf. Je kunt er wel ankeren op ongeveer 4 meter diepte en daarna de rubberboot oppompen maar dat vond ik teveel van het goede. Het zijn twee onbewoonde eilanden, twee kale rotsen, op één ervan staat een vesting. Eigenlijk is het verboden gebied!
Dag 63: Dinsdag 14 augustus 2012; Quistreham – Le Havre.
Ik was weer eventjes op zoet water, dat heb ik gemerkt, ik ben overal door de muggen gestoken.
Als ik van de steiger wil moet ik iemand anders vragen om het hek te openen. Ik heb later een manier gevonden om er langs te komen. De havenmeester kan ik nog niet vinden, het is voor achten. De schoonmaker wil me niet tot het bloc sanitaire toelaten. Iemand anders wil me wel binnenlaten.
Maar een douchemuntje heb ik niet. Gewoon wassen en scheren lukt wel, het wordt echter tijd om mijn haren te wassen. Als ik uit het toiletgebouw kom is er wel een havenmeester en kan ik voor de nacht betalen. Volgens hem is het altijd mogelijk om naar Le Havre te varen, maakt niet uit welk getij. En ik kan om kwart over negen door de sluis. D.w.z. om 9 uur uit de jachthaven.
Dat lukt, ik ben dus weer vroeg op pad. Er staat vrijwel geen wind. Toch hijs ik de zeilen, elk beetje help en de motor helpt een beetje mee. Zo gaat het in een gezapig tempo naar Le Havre. Het laatste stukje van ongeveer een uur is niet te bezeilen, dat moet echt op de motor. Om 15.30 uur maak ik vast aan de gastensteiger in de laatste haven. Het is er erg rustig en dicht bij het havenkantoor.
Je ligt hier in de stad. Alle winkels zijn in de buurt. Bij de watersportzaak kan ik niet duidelijk maken wat brandspiritus is. Er blijken maar weinig mensen Engels te spreken. Het is nu 21.30 uur. Hoog water volgens mij. Dat komt niet goed uit. Ik wilde morgenvroeg de stad verkennen. Maar het is waarschijnlijk verstandiger om vroeg te vertrekken. Dan heb ik ’s morgens nog een beetje vloedstroom mee.
Vandaag heb ik slechts 18,8 mijl gevaren. De volgende haven is Fécamp, daarna komt Dieppe in zicht.
Na Dieppe kom ik in een gebied waar ik 12 jaar geleden gezeild heb om daar de zonsverduistering te zien. Het lukte zowaar om op het internet te komen. Iedereen weet weer waar ik op het moment ben. Ik weet hoeveel geld ik nog heb en heb het weerbericht kunnen volgen. Morgen veel windstoten. Gaan of niet gaan?

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Nico

Gepensioneerd, enthousiast zeezeiler. Zie ook www.almare2.waarbenjij.nu / Kanaaleilanden 2014 Zie ook www.almare.waarbenjij.nu / Götakanaal 2013

Actief sinds 09 Okt. 2014
Verslag gelezen: 492
Totaal aantal bezoekers 13117

Voorgaande reizen:

09 Oktober 2014 - 31 December 2014

Mijn eerste reis

09 Oktober 2014 - 09 Oktober 2014

Zeilen naar de Isles of Scilly

Landen bezocht: